Hauptwerk
Is een geavanceerde software-sampler voor een virtueel pijporgel, genoemd naar de Duitse benaming van het hoofddeel van een pijporgel, het hoofdwerk.
Het programma werd ontwikkeld door de wiskundige Martin Dyde, destijds eigenaar van het bedrijf Crumhorn Labs Ltd. in Birmingham. Dit bedrijf werd opgericht in 2006 na de release van versie 2.0.
Geschiedenis
Versie 1 ontstond in 2004. In 2008 werd het programma overgenomen door Brett Milan, eigenaar van het Amerikaanse softwarebedrijf annex opnamestudio Milan Digital Audio. Martin Dyde trad in dienst van Milan Digital Audio als programmeur. In 2011 werd versie 4.0 uitgebracht. Van deze versie bestaat ook een gratis versie, welke in functionaliteit enigszins is beperkt en ook op gezette momenten een belletje laat rinkelen. In juni 2015 is de update versie 4.2.1 uitgebracht. Deze bevat belangrijke oplossingen en verbeteringen met name de cpu (processor) belasting is verbeterd.
Sinds eind 2019 is nu versie 5 ook beschikbaar.
Techniek
Om Hauptwerk te kunnen gebruiken, moet er vooraf een zogenaamde sample-set worden geladen. Bij de ontwikkeling van een sampleset worden alle pijpen van een bestaand pijporgel met hoogwaardige opnameapparatuur opgenomen, verdeeld per register en klavier. De geluidsopname per pijp bestaat uit een kort geluidsfragment van 2 tot 10 seconden vaak in meerdere sessies verdeeld in direct op de pijp (droog, zonder akoestiek), op een kleine afstand (semi wet, met korte akoestiek) en op grotere afstand (wet en eventueel uitgebreid met surround, met volle akoestiek). Deze geluidsfragmenten heet een sample.
Hauptwerk bootst vervolgens de levendigheid van het originele orgel na. Onder andere door gebruik van algoritmes die de winddruk van het pijporgel nabootsen, is het effect, afhankelijk van het register, het aantal toetsaanslagen en de snelheid van de gespeelde noten van invloed op de levendigheid van het geluid. De sample-set wordt geladen in het werkgeheugen van de pc. Het benodigde werkgeheugen is afhankelijk van de grootte van de sample-set en daarbij het aantal te laden registers. In de praktijk neemt een kleine sample-set 2 tot 16 gigabyte in beslag en momenteel (2016) worden er sample-sets gemaakt die 128 gigabyte in beslag kunnen nemen.
Het gebruik van de multi-release samples en meervoudige loops, zogenaamde multi-loops, zorgen samen met de oorspronkelijke akoestiek van de ruimte voor een hoge mate van authenticiteit. Hauptwerk wordt volledig door MIDI bestuurd. Een foto-realistische animatie van de originele speeltafel maakt het mogelijk om de registers op het scherm of via een touchscreen in- en uit te schakelen.
Om het programma in te richten en aan te sluiten op een orgel of keyboard met MIDI, is een basiskennis van MIDI essentieel. Voor het gebruik van Hauptwerk is een MIDI-compatible keyboard of orgel, een MIDI-interface en een snelle pc met voldoende werkgeheugen en een (meerkanaals) geluidskaart met een zo kort mogelijke response tijd (latency) noodzakelijk.
Op dit moment zijn vele sample-sets voor Hauptwerk beschikbaar, waaronder belangrijke instrumenten van Arp Schnitger, Gottfried Silbermann, Wilhelm Sauer, Aristide Cavaillé-Coll en Van Dam.
Andere orgelsamplers, te vergelijken met eerdere versies van Hauptwerk, zijn de opensourceprogramma's MyOrgan (Windows) en GrandOrgue (Linux). Sinds juni 2006 is de broncode van deze programma's niet meer onderhouden.
Is een geavanceerde software-sampler voor een virtueel pijporgel, genoemd naar de Duitse benaming van het hoofddeel van een pijporgel, het hoofdwerk.
Het programma werd ontwikkeld door de wiskundige Martin Dyde, destijds eigenaar van het bedrijf Crumhorn Labs Ltd. in Birmingham. Dit bedrijf werd opgericht in 2006 na de release van versie 2.0.
Geschiedenis
Versie 1 ontstond in 2004. In 2008 werd het programma overgenomen door Brett Milan, eigenaar van het Amerikaanse softwarebedrijf annex opnamestudio Milan Digital Audio. Martin Dyde trad in dienst van Milan Digital Audio als programmeur. In 2011 werd versie 4.0 uitgebracht. Van deze versie bestaat ook een gratis versie, welke in functionaliteit enigszins is beperkt en ook op gezette momenten een belletje laat rinkelen. In juni 2015 is de update versie 4.2.1 uitgebracht. Deze bevat belangrijke oplossingen en verbeteringen met name de cpu (processor) belasting is verbeterd.
Sinds eind 2019 is nu versie 5 ook beschikbaar.
Techniek
Om Hauptwerk te kunnen gebruiken, moet er vooraf een zogenaamde sample-set worden geladen. Bij de ontwikkeling van een sampleset worden alle pijpen van een bestaand pijporgel met hoogwaardige opnameapparatuur opgenomen, verdeeld per register en klavier. De geluidsopname per pijp bestaat uit een kort geluidsfragment van 2 tot 10 seconden vaak in meerdere sessies verdeeld in direct op de pijp (droog, zonder akoestiek), op een kleine afstand (semi wet, met korte akoestiek) en op grotere afstand (wet en eventueel uitgebreid met surround, met volle akoestiek). Deze geluidsfragmenten heet een sample.
Hauptwerk bootst vervolgens de levendigheid van het originele orgel na. Onder andere door gebruik van algoritmes die de winddruk van het pijporgel nabootsen, is het effect, afhankelijk van het register, het aantal toetsaanslagen en de snelheid van de gespeelde noten van invloed op de levendigheid van het geluid. De sample-set wordt geladen in het werkgeheugen van de pc. Het benodigde werkgeheugen is afhankelijk van de grootte van de sample-set en daarbij het aantal te laden registers. In de praktijk neemt een kleine sample-set 2 tot 16 gigabyte in beslag en momenteel (2016) worden er sample-sets gemaakt die 128 gigabyte in beslag kunnen nemen.
Het gebruik van de multi-release samples en meervoudige loops, zogenaamde multi-loops, zorgen samen met de oorspronkelijke akoestiek van de ruimte voor een hoge mate van authenticiteit. Hauptwerk wordt volledig door MIDI bestuurd. Een foto-realistische animatie van de originele speeltafel maakt het mogelijk om de registers op het scherm of via een touchscreen in- en uit te schakelen.
Om het programma in te richten en aan te sluiten op een orgel of keyboard met MIDI, is een basiskennis van MIDI essentieel. Voor het gebruik van Hauptwerk is een MIDI-compatible keyboard of orgel, een MIDI-interface en een snelle pc met voldoende werkgeheugen en een (meerkanaals) geluidskaart met een zo kort mogelijke response tijd (latency) noodzakelijk.
Op dit moment zijn vele sample-sets voor Hauptwerk beschikbaar, waaronder belangrijke instrumenten van Arp Schnitger, Gottfried Silbermann, Wilhelm Sauer, Aristide Cavaillé-Coll en Van Dam.
Andere orgelsamplers, te vergelijken met eerdere versies van Hauptwerk, zijn de opensourceprogramma's MyOrgan (Windows) en GrandOrgue (Linux). Sinds juni 2006 is de broncode van deze programma's niet meer onderhouden.